U kunt een bericht aan Jan achterlaten via het contactformulier.
Het proces van desincarnatie
Wat doet een ziel die geïncarneerd is, bij het verlaten van de geïncarneerde staat van ‘zijn’? Dan dient u uit te gaan van een compleet basisprincipe en dat zegt dat de hele geschapen kosmos in feite uit niets anders bestaat dan uit energie, en dat weet u.
Wat gebeurt er dus, wetende dat er niets anders dan energie is en dat stof (materie dus) gewoonweg verdichte energie is. De ziel is gesetteld in vijf lichamen:
- stoffelijk biologisch,
- elektrisch etherisch dubbellichaam,
- astraal emotioneel lichaam,
- mentaal astraal lichaam en
- mentaal lichaam.
Dat zijn de vijf basislichamen. En die zijn samengesteld uit allemaal moleculen van een bepaalde trilling: een mentale trilling, een mentaal-astrale trilling, een astraal emotionele trilling, een energetisch elektrische trilling en een biologische trilling. De ziel gaat bij het vertrekken uit incarnatie die vijf lichamen niet meer nodig hebben. Wat doet ze dus met het mechanisme, uitgaande van het feit dat de ziel weet en ook gebruik gemaakt heeft daarvan, van de verdichte constellatie, van verdichte energie die de vijf lichamen uitmaakte? Ze heeft die vijf lichamen niet meer nodig om te gaan waar ze naar gaat en te zijn waar ze naartoe gaat.
Wat gaat ze dus doen? Ze gaat de ontleende moleculen voor elk van de vijf lichamen teruggeven (dus loslaten) aan de desbetreffende ontleningsgebieden die ze heeft genomen om in incarnatie te komen.
De moleculen van biologisch-stoffelijke vorm geeft ze terug aan Moeder Aarde. Die van het electrischetherisch dubbellichaam gaat ze loslaten en die moleculen gaan zich uit zichzelf verder van mekaar gaan stellen en die moleculen gaan terug samensmelten met het ethergebied. De elektriciteit, elektrisch etherisch energetisch: ether, lucht, elektriciteit, ionen. Hetzelfde gaat ze doen met de moleculen van het astraalemotionele lichaam, het mentaal-astrale lichaam en het mentale lichaam. Die moleculen weten uit zichzelf, want er is niets dat niet bezield is,die weten op zichzelf vanwaar ze komen en dit wetend magnetisme zal maken dat ze vanzelf zullen drijven naar hun oorspronkelijke containerbron, het gebied waar ze thuishoren en vanwaar ze ontleend zijn geweest.
De ziel komt dan vrij, na weliswaar de tijd genomen heeft om dit mechanisme op een zachte en evidente en gemakkelijke manier te laten gebeuren. Een ziel die iets hoger trilt zal dit sneller doen, een ziel die trager trilt zal dit iets trager doen. Het is geen probleem zolang dit in het eigen ritmetempo gebeurt van de desbetreffende ziel. En de ziel weet wat ze doet, dat is geen probleem. De ziel zal ongeveer (in de aardse lineaire tijd) van 48 uren zich nog in de astrale kring van Moeder Aarde (dat niet waar maar wat en hoe is) zich begeven en er vertoeven. En dat zegt iets over het astrale-emotionele lichaam. De ziel maakt zich daar rustig en bedachtzaam van los vanwege de energie van betrokkenheid, vanuit een menselijke liefde die het wezen ‘mens’ kent. En de ziel is daar nu heel welwillend om, heel delicaat en voorzichtig en ze laat toe aan de compilatie van het astrale-emotionele lichaam daar nog es even te gaan kijken en misschien daar nog es even bij familieleden even te gaan voelen of het allemaal wel volgens de zieleprincipes in orde kan zijn en of ze zich inderdaad met een gerust hart kan losmaken. Dat is allemaal heel normaal.
Eens de ziel Vrij, gaat ze naar een gebied, dat ook alweer niet waar is, maar een bewustzijnstoestand waar iedereen naartoe gaat, behalve misschien avatars (en dan nog). Een gebied dat ‘kama-loca’ genoemd wordt. Een gebied van inventarisering, een gebied van herontmoeting van alle geliefden van zeer vele levens, een gebied van opleiding, van verdere evolutie en lering, van gezelligheid, van licht, van vrijheid en dat is waar de overledene nu is. En het antwoord natuurlijk, hij heeft deze verwrijvingen en deze illusionaire wereld van verdichting en van illusie kunnen verlaten. En dat zegt u iets over uw bewustwording van wat incarneren in feite betekent. Daarom zullen ouders altijd goed ingelicht worden, jonge nog niet ouders, maar willende wordende ouders ingelicht worden dat de uitdrukking ‘ik wil een kindje’ of ‘ik wil of ik moet kinderen krijgen’ vreemde uitdrukkingen zijn. Er is niets mis met het feit dat zielen aanwezig zijn om het plan ‘licht - liefde’ en het experiment van geïncarneerde zijn te dienen, Om op de duur incarnatie overbodig te maken.
Maar de wijze waarop het bekeken wordt, kan verbeterd worden. Men kan gedesincarneerde volwassen zielen inviteren. Men kan zich als ouder presenteren en eenvoudigweg tegen de gedesincarneerde zielewereld zeggen ‘ik ben bereid’ en dan zal een ziel kijken hoe die vader of die moeder eruit ziet en welke constellatie ze uitmaken. En dan zal de ziel het beste pakken van de vader en van de moeder en van de omstandigheden, goede of niet goede (maakt niet uit). De ziel kiest om dan te gaan zien wat juist uitgerekend het beste allemaal bij mekaar past als mogelijkheden opdat die ziel die kiest, op zijn meest efficiënt en meest mogelijk bijlerend, het plan ‘licht - liefde’ op aarde kan komen dienen. En dat bewijst dat de ziel die kiest, vrij is. De ziel is vrij moeilijke wegen te kiezen. En de ziel is niet gek, ze zal geen moeilijke wegen kiezen als ze die kracht niet zou bezitten, de ziel kent zichzelf. Er is maar één ding wat de ziel interesseert: groeien.
Daarom is het ook evident, dat wanneer bepaalde geïncarneerden het in het geïncarneerde leven moeilijk hebben, dat dit alleen maar een manifestatie en het bewijs is, dat de ziel zéér sterk is en veel kan dragen. En dus veel kan transformeren, zowel van zichzelf als de omringende wereld. En dat kan heel ver gaan. Het kan zover gaan, dat een bepaalde ziel van de persoonlijkheidslaag toelaat, natuurlijk altijd tot op een bepaalde grens, het negatieve en moeilijke effect zoals zelfvernietigingneiging, zelfveroordelingsneiging, in te calculeren in het plan van groei. De ziel beslist daarover.
Zielen beslissen zelfs over zoiets als wiegendood. Ja, ja, wat u denkt is correct, zelfs een bepaalde ziekte. En zelfs terminale ziekten of onoverwonnen ziekten. De ziel leert daarvan. En de ziel zal dan in een volgende incarnatie nog andere manieren aanbrengen, zodat de ziel niet moet de trigger aanvuren waardoor kankerpossibiliteit openbreekt. Iedereen wordt met kanker geboren, maar het breekt niet bij iedereen open. Zoals zovele andere ziekten. Als de ziel ziet dat de persoonlijkheid blijvend niet wil volgen, dan gaat de ziel zelfs zover dat zij zegt: in zulke situaties kan ik niets meer doen omdat de persoonlijkheid teveel dwars ligt. Dan verlaat ik liever het geïncarneerde leven.
En dan zal de persoonlijkheid misschien leren loslaten door het laatste wat er is: een terminale ziekte. Voor welk soort les dan ook, dat hangt af van het individu natuurlijk. Vanuit ‘kama-loca’ als men daar voor zichzelf merkt dat men daar gedaan heeft wat men moest doen en dat men daar klaar is, dan vertrekt men naar het gelijktrillend zielegebied om zich daar dan in het zielegebied in te smelten. Vanaf het ogenblik dat men in het zielegebied is, doet de ziel niets meer alleen. Dan doet heel de groep het voor elke ziel. Dat is typerend voor een zielegroep wanneer de ziel-beslist ‘ik wil terug incarneren’, dan laat de hele groepsziel los. En als een ziel uit ‘kama-loca’ gevorderd is tot een 85000 (neemt nu maar) lichteenheden-trillingen frequenties, dan gaat die ziel naar de groep die trilt op 85000 lichtfrequentietrillingen. Maar niet naar die van 1 miljoen en ook niet naar die van 5000. Dat is een kwestie van magnetisme, van héél-en-één zijn. En dat is wat de kosmos bedoelt, is.
Dus het gaat goed met de overledene. U vraagt zich af wat u kan doen. Bevestig zijn hoger bestaan, in uzelf, voor uzelf tegenover hem, tegenover de kosmos, tegenover God, tegenover wie of wat dan ook. Dank hem dat u via hem mocht binnenkomen in uw incarnatie, omdat hij als ziel, u met open armen heeft verwelkomd. Wat er ook gebeurd is, heel veel waren zijn lessen en heel veel waren uw lessen. Zeg dankjewel, dat ik mag het plan van liefde komen dienen, omdat hij ‘ja’ gezegd heeft. En ik wens je zeer veel interessevelden, ik wens je heel veel inspiratie.
De ziel die in dit leven je vader is geweest, interesseert zich sedert era lang al aan zoiets wat zijn geest niet losgelaten heeft en op deze planeet gekend is als architectuur, bouwkunde. En wat is hij aan het doen? Hij wordt geïnteresseerd in ‘kama-loca’ omdat dat zijn vrije keuze was, aan een vernieuwde energetische vorm van bouwkunst, waar hij in het watermantijdperk terugkomt, kan meewerken met een totaal nieuwe wiskunde. Die totaal nieuwe bouwwerken zal kunnen tot stand brengen in een totaal nieuw evenwicht, dat veel minder Moeder Aarde zal belasten. Want deze ziel heeft ook altijd aandacht besteed aan de eerbied, de zachtheid waarmee Moeder Aarde moest behandeld worden. En daarvoor heeft hij zich ingezet. En hij heeft daar een paar oude vrienden ontmoet in ‘kama-loca’: uw ziel zegt al lachend : dit is zeer plezierig: een paar oude Chinezen, een paar oude Japanners en een paar moderne ook. Een paar oude woudlopers Australiërs en Canadezen, een paar Finnen, een paar Vikings, een paar Duitsers, een paar Noren en een paar Russen. Niet allen bouwkundigen evenwel maar er zitten filosofen tussen, en artiesten, vrijheidsstrijders aan wier zijde hij in vroeger levens meegestreden heeft. En het hart van de vader verkeert in weldadigheid. Maar allen zijn ze van de hele planeet en dat is wat hun verbindt: de liefde voor het plan. En ze laten dit plan niet los.
[Ik Groet.]